Shopping Cart

365 dagen op de fiets

Community /  12 Min  /  door Edwin Gulickx

Een heel jaar lang onafgebroken in het zadel zitten. Elke dag minimaal 25 kilometer, zonder rustdagen. Dit is mijn verhaal over de 365 dagen die ik het afgelopen jaar op de fiets doorbracht.

Het begin
Op 15 augustus 2020 stap ik voor het eerst op de fiets. Met de bedoeling een voorsprongetje te nemen voor de BEAT Every Day (de uitdaging om de hele maand september elke dag op de fiets te zitten, minimaal 25 km per dag). Die fiets ik elk jaar en in 2019 merkte ik dat er aan het eind van de maand september nog een stukje ambitie overbleef. De maand was te kort. Ik plan om op 45 dagen uit te komen in 2020.

Met 15 dagen op de teller begin ik in september aan de BEAT Every Day. De leukste maand van het jaar op de fiets. Voor mijn dagelijkse rit verandert er ten opzichte van augustus helemaal niks. Alleen fietsen is alleen fietsen, maar mentaal is het een wereld van verschil door de verbinding met al die andere fietsers die met dezelfde uitdaging bezig zijn.

Gaandeweg september merk ik dat ik me steeds beter ga voelen. De corona blues van het de hele dag thuis werken wordt beter te dragen. Ik geniet van het buiten fietsen. Er is elke dag iets nieuws te zien. Het hoofd gaat leeg. De balans verschuift van een activiteit die energie kost naar een die energie oplevert.

Achteraf kan ik stellen dat het zwaarste deel van de uitdaging in de eerste 30 dagen heeft gelegen. Als mijn lichaam nog bezig is om de verhoogde dagelijkse inspanning een plek te geven, als het gezin er aan moet wennen dat ik dagelijks op de fiets zit, als ik nog aan het worstelen ben met mijn agendastrategie.

Ga ik door?
Op 22 november is het dan zover, dag 100 staat op het programma. De eerste echte mijlpaal. Om dat te vieren rij ik samen met Wim en Sierd een 100+ rit. Ik heb nog steeds niet definitief besloten dat ik voor een 365 ga maar in mijn hoofd is een klein stemmetje steeds luider gaan spreken.

Hoe tof zou het zijn om dit een jaar te doen.
Volgend jaar is er vast geen skivakantie, dat gaat geen roet in het eten gooien.
Je werkt toch veel thuis, nu kan het.
Het is best stoer om het te gaan doen.
Het is een verdomd goed excuus om met de kerstdagen een keer wel te gaan fietsen.
Je voelt je toch echt beter iedere dag dat je op de fiets zit.

Het besluit valt. Het elke dag fietsen wordt een onderdeel van het dagelijkse programma.

"Elke dag fietsen is het voortdurende onvervulbare verlangen naar de supercompensatie."


Mentaal en fysiek gebeurt er van alles
Mentaal begin ik steeds meer te merken dat het iets met me doet. Op momenten dat er veel druk op de ketel staat bij BEAT is het dagelijks fietsen een moment om er even helemaal uit te stappen. Zo komen we met een van de partners in een serie rechtszaken terecht. Als ik dan weer eens een mes in mijn rug voel peuter ik die los in mijn dagelijkse ritjes. Als de rechter in het voorjaar 2021 ons op alle fronten in het gelijk stelt vier ik dat ook op de fiets (moet er gek uit hebben gezien die rit). Ook het moment dat onze beoogde hoofdpartner voor 2021 op drie seconden voor het zetten van de handtekening nog afhaakt verwerk ik dat op de fiets.

Ook lichamelijk is er van alles aan de hand. Aan de ene kant begint het gemis aan een rustdag zich te voelen. Wat me ertoe brengt het elke dag fietsen te omschrijven als ‘het voortdurende onvervulbare verlangen naar de supercompensatie’. De benen zijn nooit helemaal fit, altijd is er dat restje vermoeidheid dat voelbaar aanwezig is. Later in het jaar start ik daarom met het hele dagen dragen van de STOX herstelsokken. Dat helpt verbazingwekkend veel. Ook verrassend is dat ik door de sokken veel minder last krijg van mijn restless legs waardoor ik beter ga slapen en sneller lijk te herstellen (en mijn bedgenoot daar veel vrolijker van wordt, ook heel belangrijk).

"Van Piotr Havik krijg ik de tip om 's avonds nog een bak kwark te eten, dat helpt."


En door
Zo rijgen de dagen zich aaneen. Het licht verdwijnt uit de lucht, de dagen worden korter en kouder en er komen nieuwe vraagstukken. Vooral op kledinggebied. Wie elke dag fietst wil geen concessies doen. Het belang van het hebben van meerdere goede koersbroeken en goede ademende winterkleding is mij inmiddels helemaal duidelijk. De gabba die AGU produceert voor BEAT wordt een soort tweede huid. Ik rij er elke dag in en ik gebruik de binnenritten om het ding snel te wassen.

De feestdagen rond ik zonder problemen. Geen bijzonderheden.

Mijn ervaring met het elke dag fietsen is dat het zes dagen per week makkelijk inpasbaar is. Het is echter altijd die zevende dag dat het eigenlijk net niet past. Een dag waarop je normaal gesproken de fiets zou laten staan maar nu een oplossing moet bedenken. Thuis verkoop ik het als ‘een uurtje fietsen per dag’. Dat is wat optimistisch. Ik zit gemiddeld één uur en elf minuten op de fiets per dag. Plus omkleden, douchen en fiets poetsen kost het dagelijks als snel 90-120 minuten. Dat gaat ook aan het gezin niet onopgemerkt voorbij. Die tijd moet elke dag wel gevonden worden. En die kan niet aan andere zaken worden besteed.
In september elke dag op de fiets samen met de BEAT community

Tegen het einde van 2020 groeit het zelfvertrouwen en het gevoel om er nog iets groters van te maken. Ik kondig aan dat ik van plan ben om ook in 2021 het hele jaar op de fiets te gaan zitten. Tot 31 december dus. Daarmee kom ik dan uit op net iets boven de 500 dagen. Geïnspireerd door het avontuur is er een groep die aanhaakt en op 1 januari opstapt om het ook een jaar te proberen. In 2021 fiets ik dus niet meer alleen maar is er de morele support van gelijkgestemden.

Elke dag fietsen in de winter
Met januari komt de winter. Op de tweede zondag van de maand leidt dat tot mijn eerste en enige valpartij van het jaar. Het is koud die dag en ik vertrek goed ingepakt voor een klein rondje Midden-Delfland. Dat is de verkeerde keuze. De grotere wegen zijn gestrooid en redelijk berijdbaar maar op de polderwegen is het glibberen. Als ik stapvoets een bocht neem glijdt de fiets onder mij vandaan en val ik boven op mijn heup. Pijnlijk, maar niet fataal. Ik heb er een aantal weken last van.

Met februari komt de sneeuw. Dat voelt echt als buitenspelen. Langzaam de fiets door een knerpende sneeuwlaag laten rollen, heerlijk. Gedurende de winter rijd ik ook veel binnen op Zwift. Een deel als onderdeel van het BEAT member team die meedoet met de Zwift Racing League. Een online race serie. Het wordt geen succes. Enerzijds omdat ik een categorie hoger ben ingedeeld dan ik normaal rij (en we weten allemaal dat het een slecht plan is om de slechtste renner in een groep te zijn). Anderzijds omdat ik nooit echt uitgerust aan de start kan verschijnen.

De benen testen in BEAT challenges
In februari merk ik ook voor het eerst dat ik een stuk sterker ben geworden tijdens de Challenge Baracchi. Een BEAT challenge waarin een duo koppeltijdrit wordt verreden over 150 km. Ik rij deze zonder problemen. Waar ik normaal gesproken nog lang aan het ‘naburnen’ ben van een dergelijke rit verteer ik deze nu heel makkelijk.

De BEAT Challenge daarna is een grotere uitdaging. Op 1-2 mei doe ik mee met de BEAT Strikhedonia400 (400 kilometer fietsen in een weekend). Samen met fietsmaat Sierd fiets ik op zaterdag van Rotterdam naar Zwolle (215 km). Prachtige route. Over de Veluwe, langs radio Kootwijk om in de avond nog redelijk fit in te checken in het hotel voor een korte overnachting. De volgende ochtend wordt als snel duidelijk dat we op de terugweg kunnen rekenen op 188 km tegenwind. Hier en daar een bui, het gaat niet hard maar we komen nog redelijk goed aan in Rotterdam.

De eerste echte tegenslag
De lange tocht heeft teveel gevraagd van mijn zitvlak. De volgende dag kan ik niet meer goed zitten op mijn zadel. Toch moet er 25 km worden afgelegd. Dat lukt, want ik heb een oplossing. Ik doe een herstelritje alleen op mijn rechter zitvlak, want het linker is niet thuis. Het ziet er gek uit maar daar ben ik even niet mee bezig.

Waar ik geen rekening mee heb gehouden is dat door de scheve positie er teveel druk komt te staan op de linker achillespees. Het zitvlak lijkt geen spelbreker te gaan worden. Die gaat de goede kant op. Dat kun je niet zeggen over de pees, die begint meer en meer een probleem te worden. Een aantal dagen fiets ik zo met pijn rond. Het is fietsen op het kantelpunt van het avontuur. Dichter bij een noodgedwongen stop zal ik niet komen in de rest van het jaar. Door het voorzichtige fietsen in die dagen merk ik dat de pees langzaam, maar zeker, weer beter gaat voelen.

Het zitvlak is het hele jaar een aandachtspunt geweest. Het toont maar weer eens aan dat de broek en het zadel van mijn KOGA fiets cruciaal zijn. In 2018 blijkt uit een bikfitting bij Jacob Wijnstra van de wegploeg dat ik jarenlang op een te smal zadel heb gereden. Daarom ben ik overgestapt naar een breder exemplaar, dat hielp meteen. Sindsdien reed ik op een zadel van Selle San Marco. Na mijn zitvlakproblemen in het 400 kilometer weekend ben ik overgestapt naar het XLC-BEAT zadel. Dat bevalt me nu heel goed.

Eten, eten, eten en rust
Gedurende het jaar is ook het eten een uitdaging. Na een aantal maanden kom ik op een schema uit dat ik vroeger ook had. Waarvan ik dacht dat dat was verdwenen met het klimmen van de jaren: ik kan eten wat ik wil. De verbrandingsmotor staat zo hard aan dat ik eigenlijk altijd honger heb. Van Piotr Havik krijg ik de tip om s ’avonds nog een bak kwark te eten, dat helpt. Met Daan Seignette van Victus app ik hierover. Vanaf dat moment neem ik ook de herstelshake (Nutrition Water) dagelijks na mijn rondje. Ook dat helpt. Voor de rest probeer ik vooral veel gezond voedsel binnen te krijgen. Gedurende het jaar ben ik zo enkele kilo’s kwijt geraakt en ben ik een stuk strakker in mijn vel gaan zitten.

Elke dag fietsen is keuzes maken. Ik merk dat er een afweging gemaakt moet worden tussen hard trainen of rondrijden ‘als een toerist’. Hard trainen op een dag leidt ertoe dat ik ook na het fietsen nog aan het herstellen ben. Soms is dat leuk maar te vaak is het een te groot beslag op de rest van mijn dag. In de meeste ritten fiets ik daarom expres rustig. Na enkele maanden leidt dat ertoe dat ik meestal na een uur fietsen weer thuis kom zonder het gevoel me ingespannen te hebben. Dat voelt goed, zo blijft het fietsen beperkt tot de tijd die ik erin stop en kan ik de rest van de dag mij volledig op andere zaken concentreren.

De laatste weken
Dan gaat het langzaam richting de laatste drie weken voor de 365. Deze laatste weken fiets ik in Italië. De eerste twee weken zit ik met het gezin aan de kust in de buurt van Albenga. Het valt me tegen. Om het elke dag fietsen in te passen in de gezinsplanning voor de dag is een belasting. Het is het hele jaar al houden ze rekening met mijn wensen, nu moeten ze er ook in de vakantie nog mee dealen. Er is nog een andere wrijving. Gevoelsmatig maak ik in Italië liever wat grote tochten dan iedere dag een uurtje. Een uurtje dat elke dag min of meer hetzelfde rondje oplevert. Zoveel keus is er niet voor wie binnen dat tijdsbestek weer bij de tent wil zijn.

De allerlaatste week zit ik met vrienden in een huis in Toscane. Een huis waar ik mij wel thuis werkend kan voorstellen, laptop op het terras, met zwembad en uitzicht op Toscaanse heuvels. Het fietsen is hier ook mooier dan langs de kust. Op de tweede dag vind ik een ‘vergeten’ weggetje dat een kilometer omhoog slingert met een gemiddelde stijging van 14%. Met een ondergrond van asfaltbeton dat zich in ver verweerde staat bevindt. Ik ben van huis vertrokken met een verzet van 36x28. Dat is stoempend naar boven. De rest van de week voel ik de inspanning en keert de echte sprankelende energie niet meer terug in de benen. Het blijf daarna vooral bij glooiende rondjes door het dal. Op de dag dat we vroeg naar Florance vertrekken komt het fietsen neer op een einde middag rit. De Wahoo geeft 34 graden aan. Ik rits mijn shirt helemaal open, de wind voelt aan als een te warme föhn.

Dan is er ook nog het oorspronkelijke plan. Alle dagen in 2021 op de fiets zitten. Ondertussen zijn de signalen vanuit het gezin echter duidelijk. De koek is een beetje op. De vraag of het komend jaar ook eens over iets anders mag gaan dan alleen over wielrennen is duidelijk. Het is tijd om afscheid te nemen van de ambitie om elke dag te fietsen in 2021. Sommigen dingen zijn belangrijk, andere dingen veel belangrijker. Dat betekent dat op de dag dat we thuisrit naar Nederland hebben gepland ik mijn laatste rit zal rijden.

Het elke dag fietsen heeft me enorm veel gebracht. Zowel mentaal als fysiek zit ik beter in mijn vel. De conditie is top. Het fietsen ben ik niet beu geraakt in het afgelopen jaar. Ik ben dan ook van plan om op veel dagen de fiets te blijven pakken. Het heilige moeten is er nu echter af. Op momenten dat het niet past of het gezin om mijn aandacht vraagt kan ik nu andere keuzes maken.

Op zaterdag 14 augustus sta ik om 05:30 uur op om mijn laatste rondje te fietsen. Drie kilometer voor de aankomst staat er opeens een ree op de weg. Ik stop, kijk haar aan en zij mij. Zo staan we even en dan is ze weg. Het is goed zo. De uitdaging is voltooid!

Nabrander 1
Mijn oudste zoon komt nog met een stout plan. Als ik op zondag ook nog één keer ga fietsen dan eindig ik op 366 dagen, en ben ik daarmee waarschijnlijk voor langere tijd de clubkampioen. Aangezien de rest eindigt op 31 december, dat uitgebreid gaat vieren en waarschijnlijk niet opstapt op één januari. Geduldig leg ik mijn zoon uit dat het geen wedstrijd is, dat hier hele andere dingen spelen, dat het gaat om het avontuur, de reis, de gedeelde ervaring, de persoonlijke groei, de verbinding. Daarna stap ik op mijn fiets en rij ik nog een allerlaatste rondje op zondag.

Nabrander 2
De drie andere helden die nog in de race zijn voor een 365 mogen niet onbenoemd blijven. Het gaat om Eduard Brenninkmeijer van onze partner AGU. Wim de Blécourt, die ik ooit spontaan ontmoette tijdens een rit langs het meer van Annecy en Jan van Wolferen, waarvan ik het gevoel heb dat die nooit meer op gaat houden. Succes mannen!
Nabrander 3
De statistieken. De challenge vond plaats tussen 15 augustus 2020 en 14 augustus 2021. Gedurende het jaar leg ik 12.302 kilometer af. In 434 uur. Dat is gemiddeld 1.025 km per maand. In mei leg ik de meeste kilometers af: 1.264. Mijn gemiddelde snelheid in het jaar is 28,4 km/uur. Elke rit duurt gemiddeld één uur en elf minuten.

Reageren? Dat kan. Stuur me even een mail (edwin@beatcyclingclub.com) en je krijgt een antwoord terug. 


"Het elke dag fietsen brengt je veel, ik daag je uit om het ook eens 30 dagen te proberen tijdens de BEAT Every Day in 2022"


Doe mee aan de challenge en ervaar zelf hoe het is om een maand lang elke dag te fietsen!



DELEN: 

Shop onze gesoigneerde
BEAT collecties
Fietsen kan op twee manieren: hard of 
gesoigneerd. Met de BEAT kit en producten 
kan je beiden combineren.
 
Meld je aan als member
en kom net als Edwin bij de community
Geen wielerploeg waar je alleen maar naar kunt kijken, maar een wielerclub waar je je bij aan kunt sluiten en actief aan mee kunt doen!